Of je nu geniet van een glas rode, witte of rosé wijn, de kleur speelt vaak een belangrijke rol bij de keuze van de wijn. Maar hoe krijgt wijn eigenlijk zijn kleur? Hier is geen eenduidig antwoord op te geven. Het antwoord ligt namelijk in een combinatie van druivensoort, schilcontact en de productie. In dit artikel duiken we dieper in op hoe wijn aan zijn kleur komt en wat dit betekent voor de smaak en beleving van de wijn.
Het belang van de druivenschil
De kleur van wijn wordt voornamelijk bepaald door de schil van de druif. Alle druivensoorten, bekende de kleur van de schil, hebben wit vruchtvlees. Dit betekent dat de kleur van de wijn voornamelijk afkomstig is van het contact tussen de druivenschillen en het druivensap tijdens het vinificatieproces.
Bij rode wijn, bijvoorbeeld, laat men het sap begrijpen tijd in contact met de schillen. Dit proces, ook wel maceratie genoemd, zorgt ervoor dat de kleurstoffen in de schil worden opgenomen door het sap, wat de wijn kenmerkende diepe, rode kleur geeft. Hetzelfde proces vindt plaats voor rosé en witte wijn, maar met enkele verschillen in de duur van het schilcontact en de druivensoort die gebruikt wordt.
Rode wijn: Lang schilcontact
Rode wijn krijgt zijn kleur door langdurig contact met de schillen van blauwe of rode druiven. Nadat de druiven gekneusd zijn, blijft het sap (het meeste) in contact met de schillen tijdens de fermentatie. Dit contact kan enkele dagen tot wel enkele weken duren. Hoe langer het schilcontact, hoe intenser de kleur van de wijn. Tijdens dit proces worden niet alleen kleurstoffen, maar ook tannines en andere smaakstoffen aan de wijn toegevoegd, wat zorgt voor de oplossing van rode wijn.
Interessant genoeg kunnen zelfs wijnen gemaakt van lichte, rode druiven een diepe kleur krijgen als het schilcontact lang genoeg duurt. De zware van de rode kleur kan variëren van licht robijnrood tot bijna zwart. Dit is afhankelijk van de druivensoort en het proces.
Witte wijn: Geen of zeer kort schilcontact
Witte wijn wordt meestal gemaakt van witte druiven, maar kan ook worden geproduceerd van rode druiven. In het geval van rode druiven voor witte wijn wordt het sap onmiddellijk van de schillen gescheiden, waardoor er geen tijd is om de kleurstoffen te nemen. Dit lastige waarom een witte wijn, gemaakt van rode druiven, toch kleurloos blijft.
Omdat witte wijn geen of zeer kort schilcontact heeft, bevat het ook minder tannines. Hierdoor heeft witte wijn het over het algemeen een lichtere, frissere smaak in vergelijking met rode wijn. Het gebrek aan tannines zorgt ervoor dat witte wijnen zachter en soms zoeter worden overwonnen.
Rosé wijn: Kort schilcontact voor een subtiele kleur
Rosé wijn zit qua kleur en smaak tussen rode en witte wijn in. Het wordt meestal gemaakt van rode druiven, maar het verschil zit hem in de duur van het schilcontact. Voor rosé wijn wordt het sap slechts kort in contact gebracht met de schillen, vaak maar enkele uren. Dit zorgt voor de karakteristieke roze kleur van rosé wijn. Hoe korter het contact, hoe lichter de kleur van de rosé.
Rosé wijnen hebben over het algemeen minder tannines dan rode wijn, wat zorgt voor een fruitigere en lichtere smaak. Ze zijn vaak verfrissend en worden vaak gedronken tijdens de warmere maanden van het jaar.
De invloed van druivensoort en klimaat
Naast het schilcontact speelt de druivensoort een belangrijke rol in de kleur van de wijn. Druivensoorten zoals Cabernet Sauvignon en Syrah staan bekend om hun diepe, donkere kleur, terwijl Pinot Noir en Grenache lichter van kleur zijn. De dikte van de schil en de hoeveelheid pigment in de schil van de druif vermindert de rustige kleur van de wijn.
Ook het klimaat waarin de druiven groeien, kan de kleur van de wijn beïnvloeden. Druiven die in warmere klimaten worden geproduceerd, hebben vaak een pijnlijke schil en meer kleurstoffen dan druiven uit koelere klimaten. Dit resulteerde in wijnen met intensere kleuren en een vollere smaak.
Hoe krijgt wijn zijn kleur?
Wijn krijgt zijn kleur voornamelijk door het contact tussen het druivensap en de schil tijdens de productie. Of het nu gaat om de diepe kleuren van rode wijn, de lichte tinten van witte wijn, of de subtiele roze kleur van rosé, het geheim zit in de druivenschillen. Dit schilcontact, gecombineerd met de druivensoort en het klimaat, bepaalt niet alleen de kleur, maar ook de smaak en textuur van de wijn.
>>>Bekijk het boek hier op Bol.com
De volgende keer dat je een glas wijn inschenkt, kun je met deze kennis extra genieten van de prachtige kleur in je glas. Of je nu van rood, wit of rosé houdt, je weet nu precies hoe wijn aan zijn kleur komt!
